Choreografie
Choreografie is de volgorde
en combinaties van passen waaruit een dans is opgebouwd, vaak op muziek. Mensen
die choreografieën maken worden choreografen genoemd. Je kunt een choreografie
maken voor verschillende danstypes: individuele dans, partnerdans, groepsdans,
kunstdans, schowdance, stijldans en Volksdans. Choreografieën komen niet alleen
bij danssport voor maar ook bij bijvoorbeeld kunstschaatsen en schermen. Het
woord chore(o)graphie komt uit 1701 toen een Franse dansmeester genaamd
Feuillet een werk publiceerde getiteld “Chorégraphie,
ou l’art d’écrire la danse par caractères, figures et signes démonstratifs”.
Ausdruckstanz &
Mary Wigman
De Duitse
choreografe en pedagoge Mary Wigman (1886-1973) stond aan de wieg van de naoorlogse
moderne dans in Europa. Mary ontwikkelde zich in de ’20 jaren als een van de
pioniers van de expressionistische dans. Mary was samen o.a. Rudolf Laban en
haar leerling Kurt Jooss een belangrijke vertegenwoordigster van de
Ausdruckstanz (expressionistische dans).
Als een van de
eerste legde Wigman de nadruk op dans als zelfstandige kunstvorm door weinig of
geen muziek te gebruiken. In tegenstelling tot Dalcroze – die een hechte
relatie tussen dans en muziek benadrukte – maakte Wigman vaak stukken zonder
muzikale begeleiding, om met niet meer dan getrommel het ritme aan te geven. Ze
zag het menselijk lichaam als een instrument. Hierdoor vestigde ze de aandacht
op de zeggingskracht van de dans en niet op de muziek.
Met haar
zogenaamde Ausdrukstanz confronteerde ze haar publiek met de slechte kanten van
de mens: het verval, vernietiging en de dood. Als een heks danste ze over het
podium alsof ze het publiek wilde bezweren met toverachtige formules. In haar
stukken kwamen emotioneel gekwelde of verscheurde personen voor. Het leek of ze
over kwade krachten beschikten die van buitenaf kwamen of in henzelf leefden.
Hiervoor gebruikte Mary een combinatie
van dans en mime: knielen, hurken, vallen en kruipen. Het masker in de
Ausdruckstanz bezat een eigen leven; bij elke beweging veranderde de expressie
van het gezicht. Volgens Wigman was deze dans de enige die haar geen
plankenkoorts bezorgde: “Ik hield er erg
van me in de expressieve wereld te voelen groeien. Hoe intens probeerde ik bij
elke voorstelling mezelf terug te vinden in het oorspronkelijke gevoel van de
dans en als het ware weer bij het begin te beginnen door de vormen precies uit
te voeren”.